Sinds 23 augustus 2021 worden de boetes verhoogd met een administratieve vergoeding. Het basisbedrag (jaarlijks geïndexeerd) bedraagt ​​€ 8,84 voor onmiddellijke invordering of een transactievoorstel en € 25,32 voor een betalingsopdracht of wanneer de zaak aanhangig wordt gemaakt bij de rechtbank.

---

Sinds 23 augustus^[1] worden de via het platform Crossborder geïnde boetes verhoogd met een vaste administratieve vergoeding. Als gevolg van de implementatie van een Europese richtlijn^[2] beheert dit platform, dat sinds 2018 actief is in België, miljoenen rechtshandhavingsdossiers (versturen van documenten, koppelen van de betaling aan het misdrijf, mogelijkheden van digitale betwistingen, …)^[3].

Waarom administratiekosten?

De inning van de leges heeft tot doel de verwerkingskosten die inherent zijn aan de inning van boetes te recupereren. Hoewel gekoppeld aan het plegen van een strafbaar feit, heeft deze vergoeding op zich niet het karakter van een sanctie, maar heeft ze eerder de neiging de overtreder verantwoordelijk en bewust te maken door hem deze kosten te laten dragen. Het is « een nieuwe vorm van verplichte medefinanciering door de overtreder »^[4] die wordt ingevoerd. Zoals aangekondigd door de minister van Justitie^[5], is het doel van het opleggen van royalty's tweeledig:

• enerzijds gaat het erom het beginsel in te voeren volgens hetwelk de overtreder betaalt en niet de belastingbetaler, aangezien de administratieve kosten tot nu toe door de hele samenleving werden gedragen;
• aan de andere kant zou de rechtstreekse toewijzing van de opbrengst van de vergoeding aan het Crossborder platform het mogelijk moeten maken om de huidige situatie van onderfinanciering te verhelpen en zo de continuïteit van het project in de loop van de tijd te garanderen. De inkomsten uit de vergoeding worden gebruikt om de werking van het platform te financieren en dekken de daadwerkelijke administratieve en operationele kosten van een gemiddeld dossier en zijn niet bedoeld om winst te genereren.

De vergoeding wordt opgelegd per dossier en is gebaseerd « op de kosten vermeld in de raamovereenkomst en de bijhorende wijzigingen tussen bpost en de Belgische Staat en de administratieve verwerkingskosten van het Crossborder platform »^[6].

De genoemde administratieve kosten hebben betrekking op « operationele exploitatiekosten, onderhoud van computersystemen, licentiekosten, secretariële kosten en correspondentiekosten »^[7].

De verwerking van boetes via het Crossborder-platform vormt immers een aanzienlijke administratieve last, die een bepaalde kost met zich meebrengt: leveringen, scannen en verwerking van documenten, dienstverlening aan burgers (callcenter), diensten die instaan ​​voor het beheer van complexere dossiers (bijvoorbeeld de dienst die instaat voor betalingsplannen voor burgers die hun boete niet in één keer kunnen betalen), transactiekosten, terbeschikkingstelling van een website (met nu de mogelijkheid om verkeersovertredingen volledig digitaal aan te vechten)…

Wanneer wordt de administratievergoeding geheven?

De administratieve bijdrage werd ingevoerd door een programmawet van 21 juni 2021^[8], die de wet van 16 maart 1968 betreffende de verkeerspolitie en het Wetboek van Strafvordering wijzigt. Concreet krijgen Belgische en Europese overtreders die een boete krijgen via het Crossborder-platform een ​​administratieve toeslag in de volgende gevallen:

• Qua trafiek wordt een forfaitair bedrag van € 8,84 opgelegd bij onmiddellijke inning^[9] evenals een transactievoorstel. Een betaalopdracht gaat gepaard met een toeslag van € 25,32. Hetzelfde bedrag is verschuldigd wanneer de zaak voor de rechter komt.
• Meer in het algemeen bedraagt ​​de administratieve vergoeding in strafzaken € 8,84 voor een transactievoorstel en € 25,32 wanneer de zaak voor de rechtbank wordt gebracht.
• Er wordt ook een bedrag van € 25,32 opgelegd voor Europese attesten die worden opgestuurd naar Belgen die in het buitenland zijn beboet.

Het bedrag van de retributie wordt jaarlijks op 1 januari aangepast in functie van de evolutie van de index der consumptieprijzen van de maand november van het voorgaande jaar.

Laten we eindigen met een voorbeeld. U begaat een verkeersovertreding en krijgt een onmiddellijke incassoprocedure.

• Het te betalen bedrag bestaat uit het bedrag van de boete en de administratiekosten (€ 8,84).
• Als u de direct incasso en de aanmaning vergeet te betalen, ontvangt u een transactievoorstel waarin de boete wordt verhoogd met 33%. Het te betalen bedrag zal bestaan ​​uit de verhoogde boete en de administratiekosten (nog steeds € 8,84).
• Als u opnieuw niet betaalt, krijgt u een betalingsopdracht en bestaat het bedrag dat u moet betalen in dit geval uit de boete vermeerderd met 35% en de administratiekosten, dit keer ten bedrage van 25,- €.

---

^[1] Koninklijk besluit van 19 augustus 2021 tot uitvoering van de programmawet van 21 juni 2021, M.B., 23 augustus 2021.

[2] Richtlijn (EU) 2015/413 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersveiligheidsovertredingen, P.J.E., L 68 van 13.3.2015, p. 9-25.

[3] Ontwerpprogrammawet van 11 mei 2021, verslag namens de Commissie Justitie, Doc. parl., Ch. repr., nr. 55-1974/011, p. 3.

[4] Ontwerpprogrammawet van 11 mei 2021, memorie van toelichting, Doc. parl., Ch. repr., nr. 55-1974/001, p. 13.

[5] Ontwerpprogrammawet van 11 mei 2021, verslag namens de Commissie Justitie, Doc. parl., Ch. repr., nr. 55-1974/011, p. 4.

[6] Ontwerpprogrammawet van 11 mei 2021, memorie van toelichting, Doc. parl., Ch. repr., nr. 55-1974/001, p. 13.

[7] Idem.

[8] M.B., 29 juni 2021. Zie. artikelen 15 tot en met 23.

[9] « De administratieve kost wordt ook toegepast als de overtreder onmiddellijk ter plaatse cash of met bank- of kredietkaart betaalt aan een mobiele terminal », https://polinfo.kluwer.be/NewsView.aspx?contentdomains=POLINFO&id=VS300885251&lang=fr. De administratieve vergoeding is ook verschuldigd indien de overtreder een opleiding volgt als alternatief voor onmiddellijke invordering.